Om de hulpvraag in zijn geheel helder te krijgen, zullen we moeten vragen naar een aantal gebieden: administratie, budget, schulden, kinderen, gezondheid, sociaal leven en werk.

Wanneer we een goed totaalbeeld in hoofdlijnen hebben, kunnen we samen met de cliënt de diepte ingaan. Waar wringt hem de schoen? Vanaf wanneer zijn de problemen ontstaan. Wat betekent dit voor hun gezondheid, sociaal leven en voor het vinden en behouden van werk.

Is de cliënt zich bewust van zijn of haar eigen rol in het ontstaan van de problemen? Is dit probleem op een later moment ontstaan of vindt dit probleem zijn oorsprong in de jeugd van jouw cliënt? Welke rol spelen overtuigingen op het gebied van geld hierbij?

Probeer ook het financiële gedrag tot nu toe goed in beeld te krijgen. Hierdoor krijg je het stap voor stap steeds helderder wat er al goed gaat en waar het precies mis gaat.

Wat vindt jouw cliënt van het idee om hulp te krijgen? Hebben ze zelf al de beslissing genomen om hulp te aanvaarden? Of is hier nog meer voor nodig? Zorg dat je vanuit rust voldoende informatie geeft om jouw cliënt te helpen bij zijn of haar keuze zonder hierin te pushen.

Onderzoek ook goed de leerbaarheid van jouw cliënt. In hoeverre is men in staat om uiteindelijk financiële verantwoordelijkheid te nemen voor de eigen geldzaken. Hebben we hier al dan niet te maken met laaggeletterdheid. Wat begrijpt jouw cliënt wel en wat niet? Hoe kun je de informatie zo aanbieden aan jouw cliënt, zodat ze jou begrijpen?

Zorg er ook in deze fase voor dat je in jouw hulpvraag voldoende de volgende zaken meeneemt: zaken op het gebied van culturele achtergrond, mogelijk trauma bij een vlucht naar Nederland en zaken vanuit de financiële opvoeding om rekening mee te houden. 

Vraag ook terug aan jouw cliënt of je de hulpvraag goed hebt begrepen. Vat goed samen. Ontdek samen waar jouw cliënt graag naartoe wil werken. Bepaal dit niet voor hen, maar samen met hen.

Check of er voldoende commitment is om het financiële probleem aan te pakken. Dit doe je door bijvoorbeeld te vragen wat iemand er voor over heeft om dit probleem op te lossen. Niet iedereen geeft hier direct een helder antwoord op. Dit mag ook best even tijd vragen. 

Bespreek daarna met hen de mogelijke oplossingsrichtingen en onderzoek of deze bij hen en de situatie passen. Pas wanneer jullie samen een hulpaanbod hebben ontdekt, waar jouw cliënt echt voor wil gaan, ga dan verder aan de slag om een warme overdracht te realiseren.